Vanaf dat ik vanmorgen vraag 40 las ben ik aan het nadenken over die eerste zin.
Heb ik wat met eerste zinnen? Weet ik er een paar? Kan ik ze citeren? Vind ik ze belangrijk?
En ik kom tot de conclusie dat er maar twee eerste zinnen zijn die ik uit mijn hoofd weet: “Jongens waren we. Maar aardige jongens” van Nescio (Titaantjes) en “Ik ben Lisa, ik ben een meisje maar dat kun je al aan mijn naam horen” van Astrid Lindgren (Wij uit Bolderburen).
Van Titaantjes kan ik alleen die eerste zin citeren, van de inhoud herinner ik me nauwelijks iets. Maar Wij uit Bolderburen is leidend geweest voor mijn hele leven, al heb ik dat pas veel later begrepen.
Ik geloof niet dat ik zo’n eerste zin heel belangrijk vind. Natuurlijk, hoe pakkender hoe beter. Maar voor mij gaat het toch meer om de eerste paar bladzijden. Als die me het boek in trekken dan is het goed. Soms gebeurt dat niet direct. Soms moet ik echt doorbijten om verder te lezen om dan opeens te worden meegezogen. Soms helpt zelfs dat doorbijten niet en leg ik het uiteindelijk weg. Om er na een aantal dagen of maanden opnieuw in te beginnen. Dat was bijvoorbeeld het geval bij Het Bureau van J.J. Voskuil. Het eerste deel was al direct na de verschijning een hype. Toen er ook een deel twee en drie kwamen en de mensen in de rij voor de boekwinkel stonden om het te kopen ontkwam ik er niet meer aan en begon aan deel een.
Ik heb de eerste zin even opgezocht: ” ‘Dag meneer Beerta’ zei hij.”
Op dat moment absoluut geen zin die me inspireerde. Ik las wel verder. Het boeide wel maar toch ook weer niet. En drie maanden later realiseerde ik me dat ik het al tijden niet meer had aangeraakt.
Wat de reden was weet ik niet meer maar ik begon er toch weer aan en opeens kon ik niet meer ophouden. Gelukkig lagen deel twee, drie en vier al in de winkel en kon ik doorlezen. Mijn leven heeft zeker een maand volledig in het teken van Het Bureau gestaan! Toen ik de hele cyclus van zeven uit had leek het me wel goed om deel één nog eens te lezen omdat dat zo fragmentarisch was gegaan. En voor de tweede keer kon ik niet meer ophouden en las ik ze weer. Alle zeven.
Als ik nu die eerste zin ” ‘Dag meneer Beerta’ zei hij.” weer lees heb ik een diepe bewondering voor Voskuil. Want deze zin is het thema van de hele cyclus, samengevat in deze vijf woorden.
Een prachtige eerste zin dus, al heb ik dat indertijd niet zo gezien.
Ow, die hele serie trekt mij dus echt niet aan… Sorry.
Liesbeth, ik bleef steken in deel drie en het zit me nog steeds niet lekker. Zeker niet na het schrijven over mijn bezoek aan het Meertens instituut. Echtgenoot zette het voor me op de E-reader dus ik kan er zo weer mee verder.
Titaantjes, vreselijk boek vond ik het 🙁
Zoals ik al elders geschreven heb,openingszinnen kan ik nu even niet ophalen.
Wel moet het begin van het boek goed zijn!
Het bureau? Dan moet ik eerst een maand niets anders te doen hebben 😉
Daar houd ik van mensen die van boeken houden. Nu krijg ik dus zin om het Bureau te gaan lezen. maar eerst als die andere boeken op mijn lijstje.
Geweldig dat je zo genoten hebt van Het Bureau. Ik ook! Alleen heb ik ze allemaal slechts eenmaal gelezen. Wel ben ik van plan me er nog een keer op te storten en daar kijk ik nu al naar uit.
Leuk om te lezen hoe dat bij jou gegaan is. En ook interessant dat net zoals bij mij een eerste zin in ieder geval in eerste instantie niet boeiend is.
De hoorspelcyclus is ook geweldig! 450 x 15 minuten. Ik heb er in de auto naar, van en in Zweden heel lang van genoten.
Daar heb ik wel eens wat fragmenten van gehoord en ben ook nog altijd van plan die eens helemaal te gaan luisteren. De sfeer van de boeken zijn in de audio’s zeer goed getroffen.