Iets met een fiets.
Mijn fiets.
Mijn bijzondere fiets.
Vier jaar geleden belde een van mijn beste vriendinnen me met de boodschap dat ze een zeer agressieve hersentumor had. Twee weken daarvoor had ze nog bij me gelogeerd en was ze wat eerder dan gepland naar huis gegaan omdat ze zich niet lekker voelde. Moe, beetje misselijk, wat hoofdpijn.
Daar keken we beiden niet van op want ze was een paar dagen voor ze kwam eindelijk gestopt met werken, na ruim dertig jaar een gedreven neuroloog te zijn geweest. We dachten dus dat het de terugslag was en maakten ons geen zorgen, er stond immers een nieuw leven zonder stres en met veel tijd en nieuwe plannen voor de deur! Helaas pakte dat anders uit.
Na de diagnose (die ze zelf stelde) was het al gauw duidelijk dat er weinig meer aan te doen viel. Ze had nog een paar maanden maar dat konden ook weken worden. Zelf was ze heel duidelijk. Ze wilde de tijd die ze nog had doorbrengen met de mensen die er toe deden en ze maakte samen met haar partner een duidelijk plan. Omdat wij ruim twee uur rijden uit elkaar woonden bedacht ze dat ze iedere dag met me wilde bellen en dat deden we. Soms maar drie minuten, soms uren. En altijd waren het bijzondere gesprekken. Soms moeilijk, soms verdrietig, soms vrolijk. Soms lachten we samen en soms huilden we, alles kon en alles was goed.
Ik lag nog in bed toen op een zaterdagochtend rond acht uur, ongeveer zes weken na de diagnose, de telefoon ging. Het was Paula die heel verwonderd vroeg waarom het zo lang duurde voor ik opnam en of ik soms weggeweest was. Heel verbaasd zei ik dat het nauwelijks acht uur ’s ochtends was. Daar moest ze om lachen en ze zei “dat doet er niet toe. Ik moest je bellen want ik weet wat ik je wil geven.” Dat kwam voor mij totaal onverwacht en ik zei direct dat ik helemaal niets wilde hebben. “Jawel” zei ze, “je krijgt een elektrische fiets van me.” Ik was met stomheid geslagen en zei dat ik dat helemaal niet wilde waarop haar antwoord was “het gaat er nu niet om wat jij wilt, het gaat er om wat ik wil! En ik heb één voorwaarde. Je moet hem vanochtend gaan kopen.”
Ik twijfelde al jaren over zo’n fiets maar vond hem te duur. Ook was ik bang dat ik hem toch nauwelijks zou gebruiken en dan had ik wéér zo’n duur apparaat wat er maar stond. En Paula wist dat.
Een uur later zat ik huilend bij de fietsenzaak en kocht een elektrische fiets. Met alles er op en eraan want dat had ze er uitdrukkelijk bij gezegd. Huilend ben ik weer naar huis gegaan en heb ik haar gebeld dat het gelukt was. Ze was er heel erg blij mee en ze vroeg of de rekening toch vooral vlug naar haar gestuurd kon worden.
Helaas hebben we de aflevering van de fiets niet meer kunnen delen want zes dagen later overleed ze.
En vanaf die dag fiets ik zoveel als ik kan. Niets duur apparaat dat voor niets in de schuur staat! Wat heeft ze het goed bedacht en wat kende ze me goed.
En nog steeds, iedere keer als ik mijn fiets pak denk ik ‘de fiets van Paula!’.
En iedere keer weet ik dat zij dat ook denkt als ze vanaf haar wolk tevreden naar beneden kijkt.
moedig! en een monumentje.
Ja,zo voelt het ook.
Stil van.
Wat een mooi kado. En dat je die elke dag kunt gebruiken. Precies goed.
Ja, zo is het. Heel dierbaar.
Wat gebeuren er toch mooie dingen als het op leven en dood aankomt!
Ja, zeker.
een gedachte om te koesteren, mijn fiets kent niet zo’n verhaal als achtergrond maar ik hoop er evengoed veel van te kunnen genieten.
oh wat een pracht cadeau. Tranen druppen over mijn wangen,…. Paula,. Wat een fiets!
Wat ontzettend bijzonder.