In mijn vorige blog schreef ik al over de winter.
Die eindeloze natte, kille lange winter en de last die ik daarvan had.
Maar die ook een rollercoaster bleek waardoor ik in een depressie raakte.
En dat pas veel en veel later begreep.
Of dat ook voor mijn P’s zo werkte weet ik niet, ze gingen toch iedere ochtend weer even welgemoed naar buiten. Maar lang duurde dat nooit, zeker niet als ze natte voeten kregen.
Dat geldt vooral voor Pepijn en Pommel.
Maar mijn Pientje van 12 jaar heeft zo haar eigen regels.
In de winter woont ze achter het kacheltje.
Ze komt er even achter vandaan om te eten, liefst op vaste tijden.
Maar dat er ook nog een buiten is vergeet ze, om dat ieder voorjaar opnieuw te ontdekken.
Als de zon schijnt en het lekker warm is. En geen dag eerder.
Het duurde dus tot eind mei voor ze allemaal weer een beetje hun draai hadden gevonden.
En de grote ingreep in de tuin maakte dat er aanvankelijk niet beter op, zeker niet voor Pientje.
Zij bleef angstvallig vlak achter het huis en dat viel me aanvankelijk eigenlijk niet zo op.
Het weer werd prachtig, het leven speelde zich tot mijn grote vreugde weer grotendeels buiten af en ik genoot van Het Landgoed! Zelfs de eerste hittegolf verliep zonder kleerscheuren, mijn huisje bleef heerlijk koel. De P’s rommelden, kwamen ’s avonds thuis en het was opeens zomer.
Toch vertrouwde ik Pepijn niet. Hij at weinig en spuugde vaak dus naar de dierenarts.
Het was een nieuwe jonge dierenarts die dacht aan een ontsteking was want hij had koorts en die dus antibiotica en metacam (ontstekingsremmer en pijnstiller) voorschreef.
Ik was er niet echt gelukkig mee want dat spugen? Maar vooruit, proberen.
Het leek de week die volgde beter te gaan, hij begon wat beter te eten en de koorts verdween. Het was erg warm dus Pepijn bleef in huis, waar hij vooral veel sliep. Prima dus.
Tot vrijdagavond 18.00 en hij opeens geen hap meer wilde eten. Omdat ik het niet vertrouwde direct de weekenddierenarts gebeld en een afspraak voor de volgende dag gemaakt.
Zaterdagochtend at hij toch weer voorzichtig dus weer gebeld en samen besloten de afspraak te cancelen. En of dat nou alles verergerd heeft weet ik nog steeds niet maar de buitentemperatuur liep zondag opeens zo ongelooflijk hard op dat ik de hitte binnen niet meer kwijt kon. Pepijn wilde niets meer, hooguit een beetje water uit een spuitje wat ik altijd direct probeer.
Wat te doen? ’s Avonds nog een eind rijden met een zieke P naar een vreemde dierenarts? Of wachten tot maandagochtend? Ik koos voor het laatste maar deed de hele nacht geen oog dicht. Maandagochtend direct om 8.00 gebeld en voor het eerst van mijn leven op de ‘spoed’ knop gedrukt en om 8.10 namen ze hem van me over.
De dagen die volgden waren vreselijk spannend want hij was ontzettend ziek. De echo wees op een ernstige galblaasontsteking die ook de lever en de pancreas bedreigde. Ik zat iedere middag uren bij hem, met mijn boek. Het was vaak onrustig want er gebeurt veel in een grote praktijk zoals blaffende en jankende honden, een krijsende kitten, miauwende katers en soms zelfs boze baasjes.
Pepijn sliep alleen diep en ontspannen als hij met zijn kop op mijn hand lag.
Op schoot was geen optie, hij zat aan zijn infuus en hij is zo groot dat dat alleen even lukte als ik binnenkwam.
Wat heeft iedereen goed voor hem gezorgd!
De dierenarts, de assistentes, iedereen hielp.
Zelfs toen het weekend aanbrak en de praktijk
gesloten was want ‘geen dienst’ mocht hij blijven. Hij kon niet zonder zijn infuus dus er kwamen 4/5x per dag mensen om voor hem te zorgen!
En na acht dagen mocht hij naar huis, met prednison maar toch! We vierden het met zelfgebakken koekjes van Oudste en een kaart getekend door Jongste voor de hele praktijk.
Pommel was zielsgelukkig dat zijn maatje er weer was en na een dag lag hij weer buiten in de zon en was het goed. Hij sliep nog heel veel maar at gelukkig weer als van ouds.
Door alle stress, drukte en doordat ik zelf nog erg wiebelig was schoot Pientje er een beetje bij in.
Ik vond haar wel magerder worden en het viel me soms op dat ze meer dronk dan anders maar het leek niet erg tot me door te dringen. Tot vier weken later.
Het was natuurlijk wéér vrijdagavond en opeens zag ik dat Pientje obsessief dronk. En heel veel plaste. Maar nauwelijks at en ik schrok van haar gewicht dat in dat weekend opeens enorm omlaag leek te gaan.
Dus maandagmorgen om 8.00 uur wéér die noodknop en wéér een P die om 8.10 met spoed werd opgenomen. De dierenarts zou me bellen over de bevindingen en dat deed ze om 16.00 met een nare boodschap. Pientje had een ernstige pancreasontsteking die waarschijnlijk wel te behandelen zou zijn maar die geleid had tot diabetes. En dat gaat nooit meer over.
Het drong eerst nauwelijks tot me door maar ’s avonds realiseerde ik me dat ik voortaan dus 2x per etmaal moest gaan spuiten. Dat spuiten was geen probleem maar het betekende wel dat ik nooit meer weg kon. Geen dag. En dus helemaal niet naar Zweden…
Wilde ik dat wel? Wilde ik wel dat mijn 12-jarige Pientje dat nog moest meemaken?
Wat was wijsheid maar ook, wat kon ik nog aan?
Gelukkig kon ik dat de volgende dag delen met de dierenarts die dat heel goed begreep. We spraken af van dag tot dag te kijken wat wijsheid was, voor ons allebei. Dus wéér iedere middag op bezoek maar wat was dat anders want Pientje is geen Pepijn. Pientje is ‘op zichzelf’. Ze was heel blij als ik kwam, wilde direct op schoot ondanks het infuus, maar wilde na vijf minuten ook graag weer terug naar haar eigen grote hok!
Ze at, ze begon wat minder te drinken en vrijdagochtend werd ik gebeld dat ik haar mocht komen halen! En dat deed ik. Ik leerde even prikken, kreeg een tas vol injectienaalden, insuline en óók prednison mee met de boodschap thuis om de 12 uur te spuiten. Spannend want hoe zou dat gaan?
Welke tijden dan en hoe vindt ze dat? En wil ik dat wel?
Nu is het november. De regen striemt om het huis, we hebben net herfststorm Ciarán achter de rug, de tuin staat weer blank en het kacheltje loeit. Er slapen drie zeer tevreden P’s omheen.
Pientje is nog drie dagen opgenomen geweest vanwege een gebitssanering en moest daarna weer goed worden ingesteld.
En nu is ze weer haar oude zelf, van krap 2 kg naar haar eigen 3.5 kg, haar bloedsuikers van >35 naar een keurige 4 dankzij de 4E insuline die ik rond 10.30/22.30 spuit. Prima tijden die passen bij mijn eigen ritme. Wel gaan we nog bijna wekelijks voor controle want het blijft een ziek poesje maar alles went. Wat ben ik blij dat ze er alle drie nog zijn – mijn P’s.
De poezen rollercoaster lijkt voorbij.
Desondanks voelt het toch als een beperking die bovenop mijn eigen beperkingen komt.
Beperkingen die toenemen, die me steeds meer in de weg zitten.
Dit jaar zat Zweden er dus niet in, om diverse redenen, niet alleen om Pientje.
Toch blijf ik hopen op mijn strandjes en
vooral op de rust van het eventje ‘uit’ mogen staan.
Want er zijn ook nog drie meiden met
allerlei besognes,
ook dat was een rollercoaster!
Maar dat wordt rollercoaster deel 3…
Wat heb jij het nog druk met vanalles en nog wat maar ja als je beestjes in huis haalt worden ze familie natuurlijk. Van Zweden heb je niet zoveel gemist hoor. In juni was het een paar dagen tropisch warm maar de rest van de zomer was heel kwakkel, heel onstabiel. Hopelijk zorgen we volgende zomer voor mooi weer zodat jij weer heerlijk op je strandje kan komen zitten. Krya op dig!!
Mooi verhaal Liesbeth, en gelukkig heb je alle drie je poezenkinderen nog kunnen behouden ❤️
Je maakt weer een hoop mee, af en toe wel een beetje te veel maar toch red je het uiteindelijk weer. Leuke foto’s en fijn verhaal met goede afloop, al blijven de beperkingen wel wat aandacht vragen. Maar zo is het leven.