2

#Synchroonkijken dag 6: Iets kleins

Mijn allerkleinste Dalahäst!Een Dalahäst is een houten paardje dat vroeger in de lange strenge en donkere winters uit hout werd gesneden als speelgoed voor de kinderen.Hout was er genoeg, tijd ook maar speelgoed was er nauwelijks. De boeren en de bosbouwers hadden het niet breed.In

Lees meer...
0

#Synchroonkijken dag 4: Blauw

Blauw.De kleur van de zee in honderden schakeringen.De kleur van monnikskappen en riddersporen.De kleur van de lucht bij strenge vorst en bij stralende zon.De kleur van spijkerbroeken.De kleur van mijn eerste schrijfboekje.De kleur van mijn auto.De kleur van de blauwe plek op mijn

Lees meer...
1

#Synchroonkijken dag 3: Zomer

Deze keer was het niet moeilijk. Weer of geen weer, voor mij is het zomer als de jasmijn bloeit! De jasmijn, die er ieder jaar weer stakerig en miezerig uitziet. Waarvan ik ieder jaar weer denk 'overleeft hij de winter of gaat het deze keer echt mis?' en die mij toch ieder jaar weer

Lees meer...
7

#50books Vraag 25: Welk boek heeft voor jou een bijzondere betekenis gekregen?

Dat zijn te veel boeken om op te noemen.
Ze variëren van De Gebroeders Leeuwenhart (Astrid Lindgren) tot Harry Potter en van Mens of Wolf (An Rutgers van der Loeff-Basenou) tot Het Bureau van J.J.Voskuil. Allemaal waren ze op een bepaald moment belangrijk en allemaal op een andere manier. Maar wat echt een onuitwisbare indruk op me heeft gemaakt is een verhaal van Toon Tellegen.
Ik las dit korte verhaal in een periode waarin ik aan alles twijfelde.
Een periode waarin ik nauwelijks meer wist wie ik was en waar alles door elkaar liep.
Een periode waarin ik aan mijn bestaan twijfelde.

Ik was met een vriendin ergens aan het eten. Zij kwam net uit de boekwinkel waar ze cadeautjes had gekocht en een van de boeken was ‘Toen niemand iets te doen had’ van Toon Tellegen .
Mijn vriendin moest even weg, ik pakte het boekje, sloeg het willekeurig ergens open en begon te lezen.
Tijdens het lezen was het of alles om me heen verdween.
Of ik opeens oploste in het niets.
Helemaal in het niets.
Even was er helemaal niets meer.

En heel langzaam verdween het niets en zag ik mezelf zitten aan het tafeltje in het restaurant tussen allerlei mensen die zaten te eten en te praten. Voor wie er niets veranderd was.
Ik zat daar nog net zo als een paar minuten daar voor en alles om me heen ging gewoon door.
Maar alles was anders.
Alles was “verschoven”. “Van iets naar niets. En daarna heel langzaam weer terug”.
En ik was er nog maar alles was anders.
Beter dan Toon Tellegen kan ik het niet uitleggen dus citeer ik hier de laatste regels:

“Die avond liet hij de eekhoorn een boek met plaatjes van verschuivingen zien. De meeste bladzijden waren leeg of ontbraken. En toen hij de laatste bladzijde omsloeg viel het boek uit elkaar, blies de mier het van de tafel af en dwarrelde het naar de grond.
Dat wij hier zitten is een wonder, zei de mier. Maar dat is op zichzelf juist weer heel gewoon. De eekhoorn had honger en vroeg zich af of de mier iets in huis had, als was het maar een oude beukennoot.”

En zo voelde het. Wat een wonder dat ik daar gewoon zat. En ook weer heel gewoon.
Ik was verdwenen in het niets en ook weer verschenen.
Ik blies de bladzijden van tafel en ik mocht er zijn.

Met heel veel dank aan Toon Tellegen, ‘De Verschuiving‘.

 

6

Vraag 24: Welk boek mag volgens jou niet ontbreken op de #50books zomerleeslijst 2013?

Hoe zo, welk boek? Ik neem altijd een hele krat boeken mee als ik met vakantie ga. Ga altijd met de auto dus kan net zoveel meenemen als ik zelf wil. Overweeg zo nu en dan de e-reader maar heb nog zoveel ongelezen boeken dat ik daar nog lekker mee kan wachten. Hoewel er natuurlijk wel voordelen aanzitten, zoals op een mooie zomeravond heel laat nog zonder problemen buiten te kunnen lezen. Maar op dit moment is dat geen optie, de zomer is nu even zelf met vakantie.

Eigenlijk ben ik net terug van vakantie. De eerste week las ik een intrigerend boek: Het Zevende Kind van Erik Valeur. Zijn debuut waarmee hij in Denemarken direct allerlei prijzen won. Het is geen detective of thriller maar het is wel een hele spannende zoektocht op een zeer literaire wijze beschreven en tot de laatste bladzijde (>700) onverwacht.
Ik las het in de eerste week van mijn vakantie. Achteraf niet zo’n goed idee omdat ik er nog helemaal geen ruimte voor had. Toch heb ik het met veel plezier gelezen zonder het echt in me op te nemen. Het was heel spannend, dat wel. En heel goed geschreven, dat ook. Mijn conclusie is dan ook dat ik het bij mijn volgende vakantie absoluut weer in de boekenkrat doe!
Maar dat telt natuurlijk niet voor dit onderwerp, een boek dat je al eens gelezen hebt.

Het boek wat klaar ligt om te worden meegenomen is Tonio, van A.F.Th. van der Heijden. Dat boek ligt er al een tijd. Ik durfde er eigenlijk niet goed aan te beginnen omdat het zo’n verdrietig boek is. Had het gevoel dat nog niet goed aan te kunnen omdat ik zelf met zoveel worstelde. En dat voelt nu heel anders!
Wel wonderlijk: eerst zelf weer een stevig fundament moeten hebben om het verdriet van een ander te mogen delen. Ik ben zo blij dat ik me zoveel beter voel en toch is dat gezien het onderwerp ook dubbel. Zou je je ooit weer beter gaan voelen na het overlijden van je enige kind?
Het was de keus van de schrijver dit boek te schrijven, zijn verdriet te willen delen met zijn lezers. Voor hem misschien helend en zeker dapper.
Voor mij nu vast een prachtig boek om te lezen.

3

Tijd en energie <-> energie en tijd.

Wat is tijd toch een wonderlijk fenomeen.
De laatste jaren heb ik in mijn gevoel nergens tijd voor gehad. De tijd zelf was er wel, maar ik had door verschillende oorzaken nergens meer energie voor. Het was echt overleven. De weekenden waren nodig om bij te komen, de meest noodzakelijke dingen te doen zoals boodschappen, regeldingen met de bank, de verzekering, de energieleverancier, de belasting, de provider – te veel om op te noemen. En als ik dat min of meer voor elkaar kreeg was ook het laatste restje energie weer op.

Geen energie meer om leuke of inspirerende activiteiten aan te gaan.
In willekeurige volgorde nooit meer naar een museum, nauwelijks meer een goed boek lezen, niet meer toekomen aan muziek, zelden meer naar vrienden die wat verder weg wonen en mijn huis dicht laten slibben omdat opruimen er niet meer bij was maar daar dan toch van te balen.
Wel lamlendig voor de tv hangen, oeverloos met de computer bezig zijn en eindeloos ‘lezen’ van tijdschriften met de wetenschap dat al  die dingen wel tijd kosten maar absoluut niet leiden tot een voldaan en laat staan inspirerend gevoel.

Wat een ander gevoel nu ik wel weer energie en dus tijd heb! Energie om klussen aan te pakken en het geduld te kunnen opbrengen ze af te maken, ook als het niet direct wil lukken. Energie om op te ruimen en weg te gooien wat dan leidt tot meer ruimte in mijn huis én in mijn hoofd. Energie om weer echte boeken te lezen, energie om te bloggen en daarvan te genieten.

Vandaag deed zich een wonderlijk fenomeen voor.
Het is mijn vrije dag (geen echte vrije dag maar de dag dat ik niet werk, voor mij een essentieel verschillend van een vrije dag). Ik was redelijk op tijd op, bedacht wat ik allemaal wilde gaan doen en realiseerde me opeens dat het grootste deel van de dag al om was! Weer was ik met de computer bezig, weer kwamen er tijdschriften op mijn pad en weer kwam ik niet toe aan dat wat ik van plan was.

Maar er was wel een enorm verschil: ik genoot er van!
Ik genoot van het rommelen, even snel wat boodschappen doen, even langs bij een vriendin, een uurtje met Facebook en Twitter, Wordfeud met twee verre vriendinnen en ook nog even een tijdschrift. Zonder schuldgevoel dat ik mijn dag weer verlummelde, zonder het gevoel niet beter te worden van dat geblader en gesurf.

Gewoon een beetje rommelen en daarvan genieten.
Energie hebben om te mogen rommelen.
Energie hebben om niets te hoeven doen.
Energie hebben voor mezelf!

6

#50books Vraag 23: Kunnen computers fictie schrijven?

Als ik een probleem heb met mijn computer en bij de computerdokter zeg dat ik echt niks geks heb gedaan is het antwoord altijd ‘een computer doet niets zelf en reageert alleen op wat jij er in stopt’.
Maar dat antwoord op de vraag of computers zelf fictie kunnen schrijven is waarschijnlijk te makkelijk. Zou een computer fictie kunnen schrijven als hij daar een opdracht voor krijgt?
Misschien wel.
Toch zal hij dan eerst alle personen, relaties, feiten, omgevingsfactoren etc. etc. moeten kennen. En die zal iemand toch in moeten brengen. En misschien maakt hij dan een verhaal van al die gegevens. Sterker nog, misschien kan hij wel een heleboel verschillende verhalen maken van dezelfde uitgangspunten. Dus in plaats van dat A en B een relatie krijgen en gaan emigreren kan er ook uitrollen dat A de boze ex is van B en hem chanteert. En zo kan ik nog wel even doorgaan.

Boeiend, heel veel verhalen die uitgaan van dezelfde gegevens. Maar waarom? Iemand zal toch al die gegevens moeten bedenken én in moeten brengen.
Zou het dan niet net zo werken als het spiekbriefje van vroeger?
Als je eindelijk alles op twee vierkante centimeter had weten te krabbelen zat alles in je hoofd en had je het spiekbriefje helemaal niet meer nodig en maakte je fluitend je examen.

Kortom, een computer kan vast alles, als hij maar een mens heeft om het er in te stoppen!
Gelukkig maar trouwens.