Waar je ook komt in Zweden, overal zie je bordjes met ‘loppis’. Soms met een pijl en de boodschap dat het nog honderd meter is en soms dat je nog zes km verder moet wat je dan maar moet geloven in dit enorme land.
Soms staat er ‘antika’, dat zijn de duurdere uitvoeringen.
Loppis is een begrip in Zweden. Volgens het woordenboek betekent het rommelmarkt maar ik vind dat dat de lading niet helemaal dekt. Bij een rommelmarkt denk je aan iets groots, vaak ergens buiten. Dat kán een loppis zijn. Maar een loppis kan ook gewoon in de garage van een huis. Of in een oud schoolgebouw waar een aantal mensen allemaal een eigen plekje hebben om spullen te verkopen. Of op een parkeerplaats vanuit de achterbak van de auto. Of van een serviceclub zoals hier op Tjörn de Lions die in een grote hal twee keer per week de ingebrachte spullen verkopen. Het kan er heel netjes en geordend zijn maar ook een onoverzichtelijke bende. Soms zelfs heel vies en soms buitengewoon schoon en netjes. Soms altijd open en soms juist niet.
Inmiddels heb ik een loppis-tik. Het begon met het verzamelen van de Zweedse paardjes, de Dalahästar en hét symbool van Zweden. Ze zijn er in alle maten vanaf een centimeter groot tot wel acht meter hoog! Het is nog steeds handwerk en daardoor flink prijzig. Toen ik net in Zweden kwam vond ik er een voor een koopje in een loppis en daarmee was het begin van een verzameling geboren! Ik heb nu een compleet rijtje wat begint bij die ene centimeter en waarvan de grootste ongeveer veertig centimeter hoog is. Inmiddels zijn ze ook in de loppis duur geworden en heb ik er genoeg. Toch kan ik geen loppis overslaan.
Vaak wordt er ook ‘hemslöjd’ verkocht. Handwerk dat kan bestaan uit allerlei haak- en breisels, houtsnijwerk, smeedwerk en uit de voor dat deel van het land karakteristieke dingen zoals de tomten: vriendelijke kabouters van vilt met prachtige wollen baarden. Daarvan ben ik een grootverbruiker omdat mijn Burmees Petter ze tot mijn grote ontzetting opeet. Hij heeft er zeker al acht of negen in alle soorten en maten achter de kiezen! En dat geeft mij natuurlijk een reden om een vaste loppisganger te blijven.
Behalve tomten en Dalahästar heb ik vorig jaar twee prachtige vloerkleden gekocht. Het ene is een echte kelim van precies mijn kleur blauw en kostte maar 75 SE ( 8 euro). Het stonk erg naar natte hond maar na een week in de zon over de balustrade van mijn balkon was dat helemaal over. In mei kocht ik twee stoelen waarvan er al eentje thuis staat en de tweede nu meegaat en vorige week viel ik echt met mijn neus in de boter. Ik ben al een tijd op zoek naar stevige niet te dure stof voor de kussens van de bank in mijn tuinhuis. Laat ik nu bij een loppis tegen twee enorme lappen dubbelgeweven stof aanlopen! Ecrue met hier en daar een heel zachtgekleurd ingeweven streepje. Heel zwaar en heel stevig, het kon niet beter. En dat voor 25 SK per lap, dus samen voor zes euro!
Nog even en mijn hele huisraad komt er vandaag.
Ik heb ook al kommen, kleedjes, boeken en andere dingen gekocht. Soms leken ze hier leuker dan thuis, dat wel. Maar het is zo leuk om rond te snuffelen en opeens iets bijzonders te vinden!
Zoals deze prachtige oude blauwe Zweedse bierkaraf die thuis staat te pronken!
Kortom, leve de loppis!